Zoeken in deze blog

zondag 19 februari 2012

De kracht van lijnen...

Hoe het kijken naar lijnen je anders kan leren kijken... 

Ik ging vrijdag 17 februari kijken en luisteren naar de lezing van het Engelse kunstenaarsduo Sophia New en Daniel Belasco Rogers (plan b) in STUK, Leuven. "Narrating our lines" zo heette de poëtische lezing. Een tiental jaren lang registreerden zij met gps-systemen heel hun wandel, eerst in Berlijn, dan in andere steden en later in de wereld. De weergave daarvan is een tonen van lijnen en hoe die lijntrajecten de tekening van hun leven vormen.

Rogers vertelt hoe hij en zijn vrouw begonnen met data verzamelen via eenvoudige traceersystemen, waarbij de verkregen gegevens niet door derden konden opgeroepen worden. Hij refereerde naar deze fase als SOUSveillance of een bottom up proces van dataverzameling. Later, wanneer ze de meer technisch ingenieuze gps-systemen van het Leuvens bedrijf Septentrio, een spin-off van Imec, gebruikten,  waren ze zich bewust van het feit dat derden deze gegevens wel zouden kunnen traceren en tevens ook al hun gangen. Deze fase benoemde hij met de term SURveillance, of een top down gestuurd verzamelen van gegevens. Hij vermeldde er wel bij dat die mogelijkheid tot controle of bewaking geen deel uitmaakte van hun onderzoek. Het ging het duo om het onderzoeken van hun eigen leven, om zelfonderzoek dus.

Op zeker moment vertelt Daniel Belasco Rogers dat hij verkoos om de gps-systemen alleen te gebruiken voor zijn wandel op de begane grond. Aangezien hij een persoon is die veel met het vliegtuig reist, was die gedachte zeker relevant. Het zou immers een ander beeld opleveren. Zijn bovengenoemde keuze sproot voort uit de idee dat hij zich bedacht had dat hij het land waarover hij vliegt in feite niet kent. Hij heeft er niets gezien, de grond niet gevoeld, geen geur waargenomen enzovoort. Een plaats waar hij zelf de keien onder zijn voetzolen voelt, vindt hij een geleefde plaats. Deze ervaren gang alleen wil hij traceren. Toen hij pas met dit project begon in Berlijn kende hij de stad niet. Hij vertelde dat dat vreemd aanvoelde: de straten vertelden hem nog niets, de pleinen en parken boden nog geen herinneringen. Maar het was de ideale plaats om te starten vanwege de totale openheid aan beleving. Zijn bevoelen van de stad kon geboren worden.

Hier is toch een opmerkelijke overeenkomst met de tekst "Educating the gaze and inviting to go walking" van Jan Masschelein, waarin hij het verschil tussen vliegen en stappen op een soortgelijke wijze benadert. Bij het stappen kan je de kracht van de weg voelen, jezelf blootstellen aan wat op je afkomt. Er biedt zich een mogelijkheid aandachtig te worden en tevens kritisch afstand te verkrijgen. Het vliegen over een land biedt geen kracht, slechts interpretaties. Je onderwerpt jezelf niet aan het land, je kan dus ook geen ervaring opdoen, alleen kijken. Masschelein zijn tekstmatige oproep om stappen als vorm van onderzoek te bekijken, werd letterlijk uitgevoerd door het kunstenaarsduo. 
Ook het deelproject Crossing Paths, waarbij toevallige Leuvenaars werd gevraagd hun wandel in Leuven bij te houden met een gps-systeem van Septentrio, sluit aan bij deze benadering. Door het weergeven van elk spoor ontstaat er geleidelijk aan een gezamenlijk stadsplan. Een deel van dat resultaat kan je bekijken op de volgende link http://www.youtube.com/watch?v=GKubUio2Hkw.

New en Belasco Rogers vonden patronen in de close ups van hun wandellijnen. Delen van hun eigen close ups toonden ze op groot scherm. Ze ontdekten bepaalde bewegingen in hun leven via de lijnen. Rechte lijnen waren snel afgelegde parcours, weinig beleving onderweg. Zo was er een kaarsrechte lijn naar het ziekenhuis in Berlijn. Ze waren twee maal die weg opgegaan voor de geboorte van hun dochter. Daarna zijn ze er nooit meer geweest. Kronkellijntjes duidden op wandelwegen in bijvoorbeeld parken of speeltuinen,
waar een grote en vaak intensere beleving en ervaring had plaatsgevonden, vaak samen met hun dochtertje.  Er kwam bij het bekijken van hun eigen lijnen op dat moment een duidelijke vraag naar boven over vluchtigheid en snelheid van beleving. "Hoe sneller, hoe minder indrukken. Wat doet dit met ons? Hoe bevoelen we dit?"
Het bleek ook dat Daniel Belasco Rogers gemakkelijker andere wegen befietste dan zijn vrouw Sophia New. Zij hield zich blijkbaar meer aan bepaalde vaste routes. Het tweetal kon hun beleving van de stad Berlijn mooi in kaart brengen door te laten zien hoe de lijnpatronen (zwarte lijnen op een witte achtergrond) jaar na jaar groeiden en de gekende stad Berlijn visueel leek te ontstaan. Zij vertelden dat zij inderdaad jaar na jaar de stad meer ontdekten en steeds verder van hun woonplaats ervaring gingen opdoen. Op het witte scherm zag de kijker de zwarte trajectlijnen steeds meer omzwervingen maken, bijna lijkend op cirkelvormige steeds groter wordende patronen naar de buitenkant toe van het oorspronkelijke midden. Wat ook interessant was dat veelbewandelde of befietste straten op het lijnenscherm steeds dikker werden tot ze de straten als het ware "openplooide" en er iets breder ontstond dat er werkelijk was. Rogers noemde dit "a kind of cutting". Het deed me heel erg denken aan het "cutting through" uit de bovennoemde tekst van Jan Masschelein tijdens zijn wandelen als onderzoek. 

Een ander idee dat bij het koppel kwam bovendrijven was de werking van het geheugen. Zo zei Rogers dat de lijnen hen soms vertelden wat ze zelf nog niet of niet meer wisten van hun trajecten. Ze konden zichzelf, wat ze dachten, in vraag stellen dankzij hun lijnen op een scherm. Het koppel wist tijdens het herbekijken van de beelden soms echt niet meer dat ze op dat moment op die plaats geweest waren, en met wie en waarom.  Tijdens de lezing was er een opname van henzelf te zien, terwijl zij het hertekenen van hun eigen lijnen aan het bekijken waren. Hun commentaren op de film over die trajecttekening spraken boekdelen. De lijnen konden hen helpen te herdenken. 
De belangrijkheid van het herbekijken en "herlezen" van je werk kwam hier duidelijk naar boven. Een herkenbare parallel met het onderzoek voor Genk. 
Het hierboven beschreven stukje lezing bracht me dan tevens bij "de idioot" van Isabelle Stengers: ons denken doen vertragen, het in aanwezigheid brengen van datgene wat niet kan spreken, wat zelf geen stem heeft (zoals een "idioot") om ons tot het besef te brengen dat er misschien toch nog iets meer is dan we meenden te denken. Het lijkt me dat de lijnen, de trajecten net datgene tot uiting laten komen, waar Sophia New en Daniel Belasco Rogers misschien eerst niet aan hadden gedacht. Alleszins heeft het hun denken en zeker dat van mij een poos doen stilstaan...


Na de lezing had ik een interessant gesprek met een persoon die zich een beetje stoorde aan het feit dat deze lezing geen doel leek te hebben, behalve het "gewoon" laten zien "van wat lijnen". Ik was me ervan bewust dat ik een jaar geleden waarschijnlijk in dezelfde aard zou gedacht hebben, terwijl ik nu veel zin vind in dit toonmoment zonder duidelijk doel, dat een bepaalde werkelijk tevoorschijn haalt en mensen op een of andere manier doet stilstaan. Ik heb ondertussen ingezien dat het tonen op zich al een wereld kan openen en dat het doelloze net het grensoverstijgende kan zijn. Geen doel, geen afbakening, geen grenzen, met andere woorden openheid en over de grenzen heen reiken! Precies waar ik naar op zoek ben voor mijn ontwerp van Genk! Een open tonen van een stukje werkelijkheid zoals het is, zoals het zich aan mij toont. Open omdat het zelf doelloos is, niet gericht op een bepaalde doelgroep of met bepaalde doelstellingen opgezet, en dit zowel inhoudelijk als voor de uitwerking. Ik kom hier later nog uitgebreid op terug als ik het zal hebben over mijn idee "de bus als volkshuis".

Geen opmerkingen:

Een reactie posten